Gekkenwerk

Mont Ventoux Weekend

Vrijdagochtend 3 juli 03.50uur in de ochtend gaat mijn wekker. Verdwaasd kijk ik naar de rode cijfers die me vertellen dat het nog midden in de nacht is. Langzaam laat ik mijn hoofd terugzakken in het kussen om me vervolgens te realiseren dat het vandaag zover is…

 

Een korte terugblik....Ieder jaar stel ik mezelf een sportief doel. Begin dit jaar had ik in overleg met mijn broer het idee opgevat dat het bedwingen van de “Reus van de Provence” (dit is de bijnaam van de Mont Ventoux) ons gezamenlijk doel zou worden. Eerder hebben we, afzonderlijk van elkaar, al enkele andere Alpen-cols (Alpe d’Huez, Galibier, Telegraph, Les deux Alpes) bestormd. Het leek ons een goed idee om dit “klusje” samen te klaren. Mijn broer, vol van overmoed, kwam met het idee om op één dag de “Mont” te beklimmen vanaf drie verschillende kanten (Bédoin, Malaucéne en Sault). Hij had al enig “voorwerk” gedaan en via internet een site gevonden waar alles wat maar ook een beetje te maken had met deze berg gelezen en bekeken kon worden. Om zijn idee gestalte te geven kwam hij met een routekaartje waarop de eerder genoemde plaatsen middels drie lijnen in verschillende kleuren verbonden waren met één punt…Mont Ventoux. In zwarte letters stond beneden aan het kaartje gedrukt Cingle   136 km   4390hMv. Even dacht ik dit is gekkenwerk maar al snel ontstond een drang om, samen met mijn broer, deze “klus” tot een goed einde te brengen.

 

Zo gezegd, zo gedaan…Mijn broer zocht via Google naar een mooi Chambre d’Hote (mooi Frans voor Bed&Breakfast) in de omgeving van de “Mont”. Enkele hits en uren later volgde de mededeling per mail dat ik maar moest kijken welk van de drie door hem geselecteerde alternatieven het zou worden. We boekten een ruime tweepersoonskamer met ontbijt in een, naar wat later bleek, geweldige villa midden in de middle of nowhere tussen Bédoin en St. Colombe (voor de insiders: dit ligt ongeveer 5 kilometer in de klim van Bédoin naar de top van de Mont Ventoux). Uitzicht vanaf de veranda van het huis op, helemaal in de verte, Bédoin en omgeving. Met een blik naar rechts over de wijnranken heen en tussen de bomen door een magistraal uitzicht op de Mont Ventoux in al zijn pracht. Aan onze huisvesting zou het niet liggen…dat was zeker!

 

Vervolgens plan de campagne maken hoe je voor te bereiden op deze uitdaging. Op het web kijken naar de planning van alle toertochten in de regio, lid worden van de fietsclub waar ik al zo lang tegenaan hikte, bestellen van nieuwe kleding (je wil immers mooi op de foto staan!), her en der wat carbon aanpassingen aan de fiets aanbrengen en mijn broer die effe een geheel nieuwe fiets opbouwde rond een kanariegeel carbon Isaac-frame. Vanaf begin maart iedere zondag samen met de jongens van WTC Grensland in de pedalen om maar genoeg kilometers gemaakt te hebben. Ik heb zo heel wat gezien van de Limburgse heuvels en de Voerstreek. Mijn broer vond in zijn buurman een goede sparringpartner om samen per ATB de veldwegen onveilig te maken en zo zijn kuiten te laten “groeien”. Amstel Gold Race(althans toerversie), Grenslandklassieker, Jean Nelissen Classic, Geleen – Zoutelande, Limburgs Mooiste en nog een aantal rondjes om de kerk en de zondagtochten met de club zorgden ervoor dat ik tegen eind juni bijna 2000 kilometers “in de benen had”. Dat moest maar genoeg zijn…

 

In de laatste week voor vertrek nog de aanmeldingen aangevraagd bij de club van Cinglés om ook daadwerkelijk aan te kunnen tonen dat je “het”gedaan hebt; drie beklimmingen van de Mont Ventoux binnen 24 uur vanaf drie verschillende kanten. Indien je deze missie volbracht hebt wordt je officieel (met oorkonde, medaille en vermelding op de site van de club van Cinglés) toegelaten tot het klassement van de “Malloten van de Mont Ventoux” (dit is de vrije vertaling van de Club des Cinglés du Mont Ventoux). Het zou wat zijn…gemiddeld 62 Nederlanders per jaar halen deze uitdaging. Ik zal maar niet verder ingaan op de prestaties van mensen die deze berg vier, vijf, zes en nog meer keren binnen één dag beklimmen. Hier rest maar een woord voor: RESPECT (jawel in hoofdletters). Monsieur Pic was zo vriendelijk om voor vertrek alle benodigde bescheiden par priorité per post aan ons te sturen zodat we in ieder geval gecontroleerd aan de uitdaging konden beginnen.

 

Langzaam sta ik op, maak een sanitaire stop, loop met mijn gezicht tegen een straal water aan, poets mijn tanden, gooi wat gel door mijn haar, kleed me aan en doe een poging om koffie te zetten en mijn ontbijt te maken. Mijn echtgenote is inmiddels opgestaan en neemt de laatst twee genoemde taken van me over. Gelukkig denk ik…gisteren alle spullen al ingepakt, fiets in de auto geladen en de tomtom “geleerd” waar de reis heen gaat. Nu nog de koelbox vullen met de broodjes die mijn vrouw zojuist gesmeerd heeft en de laatste spullen in de auto laden.

 

Om 04.30, inmiddels helemaal wakker, in de auto gestapt, TomTom aan de raam geplakt, route ingesteld, tussenstop bij het tankstation om voorlopig niet ”droog” komen te staan, naar mijn broer gereden. Deze was ook geheel voorbereid…een geprepareerde fiets, kist met reservemateriaal en gereedschap en een enorme tas met spullen werden in mijn auto geladen en tegen 05.00uur reden we de snelweg richting Maastricht op. De reis was begonnen. Gekkenwerk zei men tegen ons. Op vrijdag 1000 kilometer rijden om je op zaterdag het spreekwoordelijke snot voor de ogen te rijden om uiteindelijk zondag de reis naar huis over dezelfde 1000 kilometer te doen. Het deerde niet…de weersvoorspellingen waren goed (30 – 35 graden op plaats van bestemming, de benen geschoren, het humeur opgepoetst en de adrenaline stond standby. Na een voorspoedige reis waren we om 15.30uur die middag bij ons verblijf. Kennismaken met onze Nederlandse gastvrouw, haar uitleggen wat we kwamen doen en vooral duidelijk maken dat we zeker niet gek waren, onze kamer bekijken, huisregels doornemen, onze spullen uit de auto halen en opruimen. We zijn er!

 

Even de omgeving verkennen en naar Bédoin gereden om daar op een van de terrassen een glaasje rosé te drinken en te genieten van omgeving, temperatuur en zonnetje. Spontaan komt bij mijn broer het idee op om even de route per auto te verkennen. Na nog enkele foto’s gemaakt te hebben van de lokale VVV-vestiging (1e stempelplaats), her en der wat borden met informatie over de Mont Ventoux op de gevoelige plaat te hebben vastgelegd, een praatje gemaakt te hebben met een aantal “collega-fietsers” die hun poging na twee beklimmingen hebben gestaakt omdat het mentaal heel zwaar bleek te zijn, stapten we in een bloedhete auto om de route Bédoin – Mont Ventoux per auto af te leggen. Bij een lekker deuntje en verkoelende rijwind door openstaande autoruiten conculdeerden we beiden dat het wel meeviel….althans vanuit de auto bezien…een dag later zou blijken dat het bos een enorme slopershamer is. In een mum van tijd bereikten we Chateau Reynard (6 kilometer onder de top) en vanaf daar was het een kale steenmassa tot aan de top. Boven aangekomen hebben we de auto geparkeerd en vielen we stil van het uitzicht, de stilte, en de overweldigende indrukken van de berg. Een rondje door het toeristenwinkeltje gemaakt en als souvenier een fles wijn gekocht die, hoe toepasselijk, Côte du Mont Ventoux heet. Nog wat foto’s gemaakt en daarna met een rotgang dezelfde weg terug gereden. Voor het thuisfront nog een videootje gemaakt om te laten zien hoe de afdeling per auto verloopt en iedere wielrenner die we tegenkwamen getrakteerd op een claxonconcert ter motivatie.

 

Teruggekomen bij onze uitvalsbasis een lekkere douche genomen, even op bed gaan liggen om tegen 20.00uur wederom naar Bédoin te rijden om daar ons avondeten te nuttigen. Een restaurantje met de naam Pasta e Basta had nog een tafel voor twee vrij en met mijn beste handen-en voeten-Frans gevraagd naar de kaart en enige drankjes. Een tijdje later de bestelling geplaatst en in twee uurtjes genoten van een lekker voedzaam driegangen menu.

Tegen 23.00uur lagen we te bed om de laatste broodnodige rust te nemen aleer we aan onze uitdaging begonnen.

 

Het is zaterdagochtend 05.45uur; de wekker laat weten dat het de hoogste tijd is….opstaan!!!

Onze gastvrouw heeft gisteravond al gezorgd voor een gevulde ijskast en brood zodat we ongestoord kunnen ontbijten en op weg kunnen naar de top. Een paar sneetjes brood, een chocoladecroissant, twee koppen koffie is alles wat ik deze ochtend kan wegwerken. Voor mijn broer is het niet veel anders. In alle rust en stilte bereiden we ons ieder op z’n eigen manier voor op hetgeen dat komen gaat.

 

Op de fiets geklommen, afgedaald naar Bédoin, aldaar de 1e stempel op onze controlekaart en om exact 07.00uur kruisten onze wielen de bekende marmeren strip ten teken van de start van de beklimming vanuit Bédoin. Na 5 kilometer even gestopt om mijn ondershirt uit te doen. Kletsnat van zweet (angst???), adrenaline gierend door het lichaam, enig ontzag voor hetgeen in mijn linkerooghoek opdoemde, Ipod aan, helm goed aan het stuur bevestigd en opnieuw op weg. Al hetgeen geschreven is over deze berg, de beklimming ervan, de stijgingspercentages en noem maar op flitste door mijn hoofd. Mijn broer komt langs gefietst….gelukkig ook hij heeft last van de warmte (het is pas ochtend maar toch al 27 graden), de vliegen en de ervaring dat het gisteren vanuit de auto een stuk makkelijker ging. Hij neemt een kleine voorsprong op me (ca. 200 – 300 meter) en houdt deze vast tot aan de top. Om 08.50uur kom ik aan op de top alwaar mijn broer reeds een drietal minuten eerder de voeten uit de pedalen klikte. Onze 1e beklimming van de dag zit erop. Niemand te zien. Het winkeltje is nog dicht en we stempelen gehoorzaam de kaart af op de plek waar de controlestempel van de Sommet dient te staan. Even een sms naar huis sturen ten teken van leven en overwinning, Jasje aan, helm op, handschoentjes aan en afdalen maar! In de richting van Malaucéne…maar liefst 22 kilometer afdalen. Genieten van de omgeving en toch even kijken hoe snel je wel durft te gaan. 81,5 km/u zie ik op het display….In een mum van tijd zijn we beneden en laten aldaar in een van de restaurants een controlestempel op onze kaart zetten. Dat is nummer drie inmiddels. Aldaar de voorraad water opgekocht en samen met een blikje cola en sinas onze spullen voor de tweede beklimming gereed gemaakt. Nog even een aantal foto’s gemaakt bij de bron….hier was het water gratis geweest…elkaar succes gewenst en om 10.10uur gestart vanuit Malaucéne. Zodra de schaduw van het bos vervaagt rijden we in de volle zon. Dit gaat een stuk zwaarder worden dan de eerste keer. Ik begin vol goede moed in een trance van opzwepende muziek te trappen op de pedalen en in no time is er een gat tussen mijn broer en mij. We hebben afgesproken dat ieder in zijn eigen tempo rijdt en dus zien we elkaar wederom aan de top. Het is nu echt warm, ongeveer 32 graden om half elf in de ochtend. Een zoemend geluid vanuit de achterhoede en even later een tweetal renners die me inhalen die met een enorm tempo deze beklimming trachten te volbrengen. Dit zijn de enige twee coureurs geweest die ons daadwerkelijk hebben ingehaald. Maar het is geen wedstrijd; het doel is het halen van de drie beklimmingen en niet om als eerste “boven” te zijn. Op 6 kilometer onder de top bij een skioord even de bidons laten vullen met ijskoud water, een extra fles in de camelbak even om me heen kijken naar de omgeving en op naar de top. Ik vertrek net en zie mijn broer in de verte aankomen…gelukkig, ook hij is al zo ver gekomen. Inmiddels krioelt het van de mensen en is het er enorm druk. Ik roep in mijn beste Frans “attention” ten teken dat ik graag langs wil om zo niet te hoeven stoppen en manouvreer langs alles en iedereen Om 12.25uur tik in de tweede keer aan op de top. 10 minuten later komt ook mijn broer aan en hebben we inmiddels al twee keer de Ventoux bedwongen. We rusten even uit, genieten van het uitzicht, kijken wat naar de mensen en spreken af dat we na de afdaling naar Sault een goede lunch tot ons nemen en even uit de zon blijven. Hetzelfde tafereel als de eerste keer voltooid zich. Jasje aan, helm op, handschoenen aan en dalen maar. Het eerste stuk dalen we af naar Chalet Reynard, vervolgens de weg naar Sault nemen en vervolgens constateren dat deze weg een stuk moeilijker “loopt”. Het wegdek is ouder, stroever en er zitten meer oneffenheden in….uitkijken dus. Deze afdaling is maar liefst 26 kilometer lang en ik krijg een beetje spijt omdat ik weet dat ik straks hierlangs weer omhoog moet. Beneden aangekomen worden we weer als broers verenigd en peddelen tussen de lavendelvelden door naar Sault. Het venijn zit in de staart zegt men wel eens en dat blijkt ook hier weer. Het laatste stukje naar Sault gaat bergop. Daar aangekomen ligt aan de linkerkant de vestiging van de VVV alwaar we straks moeten stempelen. Even verder ligt een bron alwaar gratis water getapt kan worden en we dus onze bidons kunnen vullen. Aan de rechtekant ligt een leuk eettentje met een uitnodigende tafel en stoelen in de schaduw. Hier onze fietsen tegen de tafel aangezet en een enorme salada niçoise besteld, voorzien van een fles water en een lokaal vruchtensapje. Dat heeft een mens nodig. Na het eten gaan we iets verderop in de schaduw onder een boom liggen en ontdoen ons van alle niet noodzakelijke bagage. Gekruimelde wafels, kletsnat (zweet)brood en andere zaken. Na een tijdje besluiten we aan de laatste beklimming te beginnen. Nog even een sanitaire stop, bidons vullen, petje onder de waterstraal en zo op het hoofd, stempelen van de kaart en hup…we zijn weer onderweg.

 

Moesten we ongeveer twee uur geleden nog klimmen, nu rollen we bergaf het dorp uit. De wil is er maar de benen willen nog even niet. We beginnen samen te fietsen en niet veel later is het ieder voor zich (en met z’n Ipod). Dat de beklimming van deze kant wordt genoemd als beklimming voor mietjes deert me nu niet. Het is snikheet en ik weet hoe ver het nog is. Verstand op nul, trappen maar…Na een kilometer of acht stop ik even onder een boom. Lekker in de schaduw op mijn gemak de bidons vullen en even op adem komen. Prompt stoppen er drie auto’s met Frans kenteken met de vraag of het nog gaat. Ik wenk dat alles oké is en bedank me voor de getoonde interesse. Op het moment dat ik op de fiets wil stappen komt mijn broer aangereden. Ook hij vind dit een goede plek om even uit te rusten. We spreken af dat we op elkaar wachten bij Chalet Reynard. Om 16.45uur stap ik hier van mijn fiets en zie de eerder genoemde Fransozen ook hier staan te wachten op een minstens even zo gekke wielrenner als mijn broer en ik. 10 minuutjes later komt ook mijn broer aangereden met een enorm tempo en verzet. We nemen ruim de tijd om even te kijken in het winkeltje naast het restaurant en trakteren onszelf op een souvenier. Mijn broer schaft armstukken aan met een daarop een tekst die niets aan de verbeelding overlaat: “MONT VENTOUX”. Zelf koop ik een wielershirt met dezelfde tekst in een kleurstelling die wel moet opvallen. Spullen opgeborgen en voor de laatste 6 kilometer aan de bak. Meteen heb ik het goede ritme te pakken en een poosje later hebben we ook de derde beklimming voltooid. Jasjes aan, helm op, waarschuwing op te letten voor de verraderlijke wind die inmiddels is opgestoken, en tussen de regendruppels door afdalen richting bos. Het is nu drukker en zigzaggend tussen de auto’s door neem ik wat afstand. In het bos aangekomen flitst met een geweldige snelheid opeens mijn broer langs. Als een volleerd prof vind hij de ideale lijn door de bochten en gaat hij er vandoor. Pas bij St. Esteve kom ik er weer bij en gebroederlijk nemen we de rest van de afdaling voor onze rekening. Afslag Flassan (hier woont Eric Charitoux weet ik sinds gisteren dankzij de reportage van de NOS) linksaf en dan nog een kleine kilometer.

 

Het is zaterdagnamiddag 18.00uur en we zijn terug in ons gastenverblijf. We worden welkom geheten door onze gastvrouw die benieuwd is naar het resultaat van onze inspanningen.

Met een koel glas water en een fruitsapje werden onze ervaringen uitgestrooid over de tuintafel en het respect van onze gastvrouw voor onze prestatie groeide met de minuut. De telefoons werden gebruikt om het thuisfront te laten weten dat onze missie geslaagd was. Enkele sms’jes met felicitaties later keerde de rust op het Vodafonenetwerk weder.

 

Snel daarna zochten we onze kamer op om een lekkere douche te nemen en onze benen even rust te gunnen. Nadat we onze fietsspullen opgeruimd hadden besloten we dat we onze prestatie bij het avondeten zouden vieren met een (of meerdere) glaasjes rosé. Nadat we de auto ergens op een parkeerplaats net buiten het centrum waren kwijtgeraakt, zochten we even naar een restaurant. Aan de rotonde in Bédoin lag een leuk restaurant met terras alwaar we een tafel voor twee personen kregen aangewezen. Een goede biefstuk met garnituur werd niet veel later op tafel gezet en deze werden met smaak verorberd. Gezamenlijk besloten we dat we nog even gebruik wilden maken van de ligbedden die in de tuin van ons verblijf stonden.

Nadat we de fietsen en andere spullen die we niet meer nodig hadden in de auto gelegd hadden hebben nog een flesje opengemaakt en bij de invallende duisternis genoten van de rust, stilte en de laaste drankjes. Tegen 22.30uur onze bedden opgezocht en zondagochtend tegen 08.00uur opgestaan, gedouched en na een goed ontbijt met onze gastvrouw om 10.00uur in de auto gestapt om onze terugreis te aanvaarden.

 

Na een rit van ruim 9 uur reden we tegen 19.00uur in de buurt van Luik een enorm noodweer binnen. Onze snelheid aangepast op de omstandigheden en tegen 19.30uur waren we thuis. Aldaar aangekomen eerst mijn broer met zijn spullen afgezet bij zijn huis, vervolgens de tank van mijn auto laten volstromen met benzine en enkele minuten later de oprit van mijn eigen huis op te rijden alwaar mijn vrouw en zoon met verwelkomden. Deze moesten allereerst alle ervaringen vernemen voordat ze hun eigen verhaal konden doen. Mijn vrouw had in de tussentijd nog een voedzame maaltijd (frites met frikandellen) voor me gehaald die ik met smaak heb weggewerkt.

 

Met mijn broer nog afgesproken dat ik zou zorgen dat onze controlekaarten bij monsieur Pic terecht zouden komen teneinde opgenomen te worden in de eerder genoemde klassementen en de welverdiende medaille en oorkonde te verkrijgen. Deze hebben we inmiddels ontvangen en zijn al aan velen “geshowed”.

 

Tot zover onze belevingen!!!

 

Voor wie nog meer informatie wil over de Mont Ventoux kijk eens op www.dekaleberg.nl

 

Wil je ook een keer (of vaker) de Mont Ventoux beklimmen en zoek je een mooie uitvalsbasis in de buurt van Bédoin kijk dan op www.lescerisiers-bedoin.com

 

 

Met sportieve groet,

Rob Heinle, 38 jaar

Woonplaats Geleen

Beroep: accountant